Het einde van een tijdperk

“Studeert nog mor wa joentje, zei moedere, zodaje loater ip ne buro kunt gon werken”. Het zijn woorden die, met enige zin voor ironie, de laatste tijd onder de collega’s wel meer in de mond worden. Er worden namelijk links en rechts een paar ruimte’s gereoganiseerd en dat betekent sleuren met archief- en verhuis dozen in allerlei formaten. Dus niet meteen het buro-jobke dat moeder op het oog had. Niet dat ik het mij beklaag, ik ben een mens van de buiten, dus handenwerk is mij nooit vreemd geweest (al ben ik nu niet meteen de handigste Harry). Eigenlijk nooit gedacht dat archiefwerk zo afwisselend kon zijn, maar het helpen verhuizen van ruimte’s binnen de instelling maakt aan de andere kant nu niet meteen deel uit van de takenpakket van de archivaris. Het ophalen van archieven is dit wel en in de voorbije maanden dat ik nu op het ADVN werk, heb ik toch twee mooie grote ophalingen meegemaakt en deels gecoördineerd. De eerste betrof enkele Koerdische instellingen (KNK, KonKurd, …), maar daar ga ik het verder niet over hebben. De tweede grote overdracht waar ik bij betrokken was, zorgde ervoor dat ik de voorbije drie dagen wat stiller was. Het verhuizen van het restarchief van de Volksunie van Brussel naar Antwerpen is nu ook niet iets wat je in een handomdraai fikst. Nadat al een mooi deel werd overgedragen in 1989 begon de tijd te dringen voor de overdracht van het overige archief verborgen in de ontelbare kamers en kelders van het Barrikadenplein. Want eind deze maand verhuist de N-VA uit het legendarische gebouw naar een ‘nieuw’ gebouw in de Liefdadigheidsstraat. In die zin was de overdracht eigenlijk een historisch moment: het definitieve einde van de Volksunie. Met het archief bij ons in Antwerpen en de erfgenamen elders in Brussel zetelend, verdwijnt het adres ‘Barrikadenplein 12’ definitief uit de adresboekjes van iedereen die van ver of dichtbij met politiek te maken heeft. Als ik het mij goed herinner verhuisde het partijsecretariaat van de Volksunie in de jaren ’60 vanuit Kipdorp in Antwerpen naar de gebouwen aan het Barrikadenplein, waar het in de jaren ’60 en ’70 haar hoogtepunten zou beleven. En je merkt wel dat na de jaren ’70 de VU haar hoogtepunt voorbij was. Toen ik dinsdag het gebouw binnentrad, zag je gewoon dat (buiten het gerenoveerde onthaal) het sinds de jaren ’80 bergafwaarts ging met de VU. De sfeer ademde nog de jaren ’70 uit en de grootte was ook op maat van de VU-sterkte in die tijd. Het gebouw werd later te groot, de kas steeds kleiner zodat infrastructuurwerken uitbleven en het gebouw verkommerde.
In alle geval, ik heb daar drie dagen gezweet en gezwoegd met de voorbereiding, coördinatie en verhuizing van het Volksunie-archief en ik ben er redelijk zeker van dat de verwerking ervan nog meer bloed, zweet en tranen zal kosten. Eens afgewerkt zal het echter een archief van onschatbare waarde zijn, DE bron voor een geschiedenis van de Volksunie ofte de Vlaams-nationale politiek in de 20e eeuw.

Meer over het einde van het Barrikadenplein:

Het einde van de lieftallige chaos
HERINNERINGEN AAN HET BARRICADENPLEIN, HET LEGENDARISCHE PARTIJSECRETARIAAT VAN DE VOLKSUNIE

BRUSSEL – De Melsensstraat, de Grasmarkt of de Wetstraat 89, geen enkel partijadres kan als begrip tippen aan het Barricadenplein. Deze week raakte bekend dat de N-VA het pand, dat jarenlang onderdak bood aan de Volksunie, van de hand doet. Het is uitgeleefd, in alle betekenissen van het woord.

Door sommige kamers loop je beter niet in een rechte lijn, als je geen verdieping lager wil belanden. Het gebouw bevindt zich in zo’n slechte staat, dat wat oplapwerk alleen niet volstaat. Voor een grondige renovatie moeten we een bouwvergunning aanvragen. De kans bestaat dan dat men ons er uitknikkert, want dit kantoor is zonevreemd”, zegt N-VA-voorzitter Bart De Wever. ,,Verloederd, zonevreemd en veel te groot voor ons: ik zal niet treuren om ons vertrek.”

Hoe anders was het begin jaren zeventig, toen de Volksunie het neoclassicistische pand aankocht. ,,Aan twintig artiesten vroegen we kunstwerken ter beschikking te stellen – ik waak er nog altijd over dat er geen verdwijnt – zo fier waren we. Een historisch pand, met een referentie naar Oranje dan nog”, vertelt Maurits Van Liedekerke, de hoofdredacteur van het partijblad van de N-VA. Voor 1830 heette het ronde Brusselse pleintje Oranjeplein, omdat de Nederlandse koning het had laten ontwerpen. Na de onafhankelijkheid kreeg het een Belgische naam, net als de naburige Voorlopige Bewindstraat en de Omwentelingsstraat.

Van Liedekerke is de oudste ,,bewoner” van het gebouw, waarin hij in 1973 zijn intrek nam, als redacteur van het weekblad Wij . Jarenlang had de Volksunie de aankoopsom bijeengespaard, via geldinzamelingen bij sympathisanten en afdrachten van parlementsleden, tot ze eindelijk haar vele geledingen – de studiedienst, het secretariaat, het partijblad – in één prestigieus gebouw kon bijeenbrengen.

Dat had al een rijke voorgeschiedenis. ,,Op een dag stond er een dame voor mijn bureau, die vroeg of ze het gebouw eens mocht bekijken. In één kamer zei ze: ja, hier is het geweest. Daar was ze geboren, beweerde ze. We hebben het nooit nagetrokken, maar de dame vertelde dat het gebouw ooit een dokterspraktijk geweest was”, vertelt Van Liedekerke. In de huidige garage herinnert een olieput nog aan de dagen dat het een echte autoherstelplaats was. De keuken van de N-VA functioneerde dan weer ooit als een bordeel, waar dames die een glaasje meedronken voor de ramen hun diensten aanboden.

Toen het partijsecretariaat van de Volksunie in 1976 de Voldersstraat verliet, begon het Barricadenplein ook politiek te leven. Hard te leven. Binnen én buiten. ,,Hier kwamen mensen van alle partijen over de vloer. Journalisten als Geert Van Istendael, Jan Puype, Peter Dejaegher waren hier kind aan huis. Ze waren het niet altijd eens met onze standpunten, maar de partij oefende een aantrekkingskracht uit. Het was hier een open huis, er heerste een lieftallige chaos.”

Vakbonden en actievoerders van alle slag betoogden geregeld op het plein. ,,Limburgse mijnwerkers, Waalse staalarbeiders, het Taalaktiekomitee, alle mogelijke vertegenwoordigers van de Vlaamse Beweging Iedereen werd hier grootmoedig ontvangen, met een kop koffie of een bord soep”, zegt Van Liedekerke.

Al ging het er niet altijd even vredig toe. Af en toe was het partijhoofdkwartier een doelwit. Bij de discussies over Lambermont bezetten militanten hardhandig de lokalen. Ten tijde van het Egmontpact (1978) moest het partijbestuur uitwijken naar de parkeerplaats, uit vrees voor rellen. Buiten betoogden Were Di en de VMO. ,,Het gebouw kon je langs alle kanten binnendringen, maar de parkeerplaats was afgeschermd met een dubbel hek, dat een sas vormde”, legt Van Liedekerke uit.

,,Ik weet ook zeker dat de gendarmerie ons in de gaten hield. Vooral in de tijd dat Willy Kuijpers hier zat, met zijn Koerden en Armenen”, aldus Van Liedekerke. Kuijpers grinnikt bij de herinnering: ,,De dochter van de conciërge had een verhouding met een BOB’er. Dat hinderde niet. Integendeel, die man was even Vlaamsgezind als wij.”

Basken, Catalanen, Eritreeërs, Salvadoranen en Maya-Indianen, Willy Kuijpers kenden ze allemaal. En met hem ook het Barricadenplein. ,,Alleen al door zijn naam was het een baken in Europa, voor alle volkeren zonder staat. De man van het kruidenierswinkeltje om de hoek en de huishoudster zorgden als een echte vader en moeder voor ons. Menig politiek vluchteling heeft hun boterhammen met gehakt of geperste kop gegeten”, zegt Kuijpers, gewezen algemeen secretaris van de VU.

Uit die periode dateert het verhaal dat Kuijpers voor een uitzending door derden een stand-up deed vanuit Roemenië, op een locatie die verdacht goed leek op de parkeerplaats van het Barricadenplein. ,,Als eersten brachten we in 1989 die afschuwelijke beelden mee van verwaarloosde weeshuizen en psychiatrische inrichtingen. We hadden die onder heel moeilijke omstandigheden kunnen draaien, maar ze moesten ook nog ingeleid worden. Een studio huren was zo duur. Daarom stelden we ons inderdaad op de binnenplaats op”, zegt de voormalige VU’er.

De nostalgie welt op bij Kuijpers, voor wie het Volksunie-secretariaat de plaats waar ,,mensen hun bezieling kwamen halen”. ,,Het had een sociale dimensie. Pendelaars sprongen er ’s middags binnen om affiches op te halen, of om eens met de parlementsleden te babbelen. Het Barricadenplein ging je nooit binnen voor enkele uren, het liep altijd uit. Het was een Vlaams Huis, een café, een ontmoetingpunt.”

Tegelijk bleef het wrevel opwekken bij Franstaligen. ,,De Vlaamse leeuw, die hier altijd wapperde, werkte als een rode lap”, zegt Van Liedekerke. De verfspatten op de gevel getuigen van de niet-aflatende vandalenstreken. Rolluiken bleken geen overbodige luxe; door het ene raam waar ze niet neergelaten werden, belandde een verfbom. Het kantoor van De Wever draagt de sporen op de muur en een kast.

,,Een vrijwilligster heeft eens een nacht op de loer gelegen”, weet Angelo Callant, gewezen coördinator bij de nevenbeweging ID21. ,,De dader daagde inderdaad op, met een verfbom. Ze is snel naar buiten gelopen, maar heeft hem niet herkend. De volgende dag zat ze zelf helemaal onder de verf. Terwijl ze aan de deur stond te foeteren, had ze niet opgemerkt dat de verf naar beneden druppelde. Op haar.”

De aanvallen van buitenaf deden het gebouw niet wankelen. Het verval begon binnenin. De Volksunie spatte tergend traag uit elkaar. ,,Elke maandag, bij het partijbestuur, was er hoogspanning. Vanuit mijn bureau, op dezelfde verdieping als de vergaderzaal, zag ik met lede ogen wie op de gang konkelfoesde met wie”, herinnert Van Liedekerke zich.

Het Barricadenplein leed mee. ,,De generaties na ons zamelden geen geld meer in, terwijl het onderhoud handenvol kostte. Dag na dag kwamen er tientallen Vlamingen over de vloer, die er bij een bezoek aan de hoofdstad – de Vlaamse aanwezigheid, weet je wel – hun boterhammen kwamen eten. Zoveel volk, geen wonder dat er sleet op het vasttapijt kwam”, zegt Kuijpers.

De mot zat ook in de partij. Vlaams parlementslid Jan Loones (N-VA) associeert het gebouw met ,,de rijkheid van een rebelse partij” maar toch vooral met vele emotionele momenten. ,,Die vele vergaderzaaltjes, die coryfeeën, Hugo Schiltz vooral, die ik altijd bewonderd heb. Op het partijbestuur zat hij altijd op dezelfde stoel, van waar hij alles in de gaten kon houden en hij ook snel de zaal kon verlaten.” Als iemand anders daarop plaatsnam, ging Schiltz stilzwijgend achter de betrokkene staan, tot die doorkreeg wat er aan de hand was en gegeneerd baan ruimde.

Loones: ,,Altijd was Schiltz aan het schrijven. Wat wist niemand. Maar het strategisch doorzicht dat die man had! En hoe hij op het juiste moment emotioneel kon worden! Echt intrigerend. Hij kon zwart zeggen bij het begin van de vergadering en wit op het einde, als hij zag dat zijn belangen elders lagen. Over Lambermont heb ik hem zo zien kantelen. En dan was er nog zijn eeuwige tegenpool, Bob Maes, met wie hij zo vaak in de clinch lag. Onvoorstelbaar eigenlijk, dat die partij het nog zo lang volgehouden heeft.”

Het einde bleek uiteindelijk onafwendbaar. Een eerste klap kwam er toen voorzitter Jaak Gabriëls naar de VLD trok, met in zijn kielzog een aantal beloftevolle jongeren zoals huidig VLD-voorzitter Bart Somers. Het eindspel begon toen Bert Anciaux de verruimingsbeweging ID21 oprichtte, waarin onder meer Callant belandde. Voor ID21 kocht de partij een aanpalend pand, om de hoek, in de Noordstraat. ,,Een elegante oplossing”, zegt Van Liedekerke. ,,Dicht genoeg om ze in de gaten te houden, genoeg uit het zicht om er ons niet voortdurend aan te ergeren.”

Tussen de twee panden liet toenmalig VU-voorzitter Bert Anciaux een opening hakken. De deur die erin kwam, werd de inzet van eindeloos gekibbel, de voorafspiegeling van de latere splitsing van de partij. ,,Zolang Bert voorzitter was, stond die deur altijd open. Daarna ging ze dicht. Of beter: vanuit de Volksunie kon ze nog geopend worden, omgekeerd niet. Daarop hebben wij geëist dat ze ook aan de andere kant vergrendeld kon worden”, vertelt Callant.

Tussen VU en ID heerste een opmerkelijk temperatuurverschil. Ook letterlijk. ,,De verwarming van de Volksunie was stuk. Winter en zomer zat iedereen er in zomerhemdjes. We gaan eens naar de sauna, zeiden we altijd als we de andere kant bezochten”, aldus Callant.

De temperatuur raakte nooit meer gelijkgeschakeld. Het einde voltrok zich tijdens talloze nachtelijke vergaderingen. ,,Achteraf besef ik dat wij – de hele pers – veel te veel aandacht besteed hebben aan het einde van de Volksunie”, zegt VRT-journalist Ivan De Vadder, die menig nachtelijk uur sleet op de stoep van het Barricadenplein. ,,Dat was niet goed voor het politieke bedrijf in zijn geheel. Je krijgt een beeld van politici als een bende ruziemakers, die er niet in slagen oplossingen te bereiken, terwijl dat eigenlijk niet klopt, als je nu ziet waar de mensen van de Volksunie allemaal beland zijn, welke mandaten ze bekleden.”

Daarvoor was eerst de fatale crash nodig. En ook die voelde het Barricadenplein aan zijn eigen stenen. Jan Loones had net, vanuit de wagen, aan de wachtende journalisten de vraag beantwoord of het goed nog goed kwam met de VU, ,,na de botsing”, toen hij de inrijpoort miste. ,,Ik ben nochtans een goede chauffeur”, lacht hij, ,,maar voor een keer was ik met de Range Rover. Die is wat breder, vandaar.” Een politieke concurrent gebruikte later een foto van de beschadigde gevel voor een prijsvraag. ,,Wat is dit?” Het was het einde van Volksunie.

De Standaard * 11/12/2004 * Anja Otte

3 Reacties

  1. Dat heen en weer verhuis van archieven heb ik op mijn werk ook meegemaakt, stramme armspieren als gevolg. Een vrouw zo laten zeulen, hoe durven ze…dat laatste is een grapje hé. Ik kan desnoods bergen verzetten als het moet 😉

  2. Boeiende website, Tom. En het lijkt me een boeiende job die je mag uitoefenen. Blij om te horen dat de Westvlaamse historici ook in Antwerpen goed terecht komen.

    Groeten,
    Filip Hooghe

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.